Froukje Veenstra: ‘Mijn generatie is een beetje bitter, net als koffie’ - NRC

2021-12-29 09:21:10 By : Ms. connie Hu

Vanwege het coronavirus werken onze medewerkers thuis.

N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.

Wat maakt het leven de moeite waard? Terwijl de wereld stilstond, werd zangeres Froukje Veenstra (20) in lockdown het timbre van Generatie Z. „Er hangt bij mijn leeftijdgenoten een soort we-gaan-toch-wel-dood-sfeer.”

Soms vloeien de liedjes er in één keer uit. Maar vaker is het gewoon heel hard zoeken en proberen en doorhalen en weer opnieuw. En sommige liedjes duren eeuwen voordat ze af zijn. En de meeste liedjes komen niet af. Die blijven achter in het schrijfboekje dat ze altijd overal mee naartoe neemt.

Wacht, ze pakt het er even bij.

Froukje Veenstra (20) woelt door een grote katoenen tas naast haar op de grond in de koffietent. Kleding. Een laptop. De tas zit tjokvol. Haar vriend, die om de hoek woont, is vandaag verhuizen en ze had daar nog wat spullen liggen. Vandaar. En nee, ze hoeft hem niet te helpen, ze heeft ’m de tourbus al geleend.

Daar is het, een schrift met harde kaft, A5-formaat. Ze opent het boekje en bladert door haar eigen teksten. Een keurig handschrift met pen, en overal streepjes, cirkeltjes en kringeltjes. Maar, op een gestructureerde manier. „Zo schrijf ik dus”, zegt Froukje, haar ogen glijdend langs de woorden.

„Ja, ik hou wel van een beetje netjes werken. En ik vind het ook leuk om door te bladeren wat ik allemaal heb gemaakt. En dan te beseffen dat dit liedje op m’n plaat komt. En dat ik dan nog kan zien wat ik heb doorgestreept.” Elke doorhaling is één lijn, dun en recht.

Wanneer blader je dat door?

„Als ik niks te doen heb. Dan ga ik eens kijken wat ik nog heb liggen en wat ik niet heb afgemaakt. Ik heb heel veel beginnetjes. En soms maak ik het nog wel af. Maar ik heb ook altijd wel zin om weer iets nieuws te beginnen.”

Misschien dat de verhuizing van haar vriend ook nog in het boekje terechtkomt. Hij moest eruit, heeft nog geen andere woning en als 25-jarige wil-ie ook wel eens wat anders dan een studentenkamer. „Maar”, zegt Froukje, terwijl ze het schrift weer dichtklapt, „Amsterdam is gewoon zó moeilijk.”

Wooncrisis. Klimaatcrisis. Coronacrisis. Froukje zingt in haar liedjes over de liefde, de kleine dingen van het leven, maar óók over de grote thema’s van deze tijd. En dan legt ze de vinger genadeloos op de zere plek.

Ik kan het leven niet herkansen Vanavond moet ik dansen, vanavond moet ik dansen

Froukje is de stem van haar generatie. Kind ook van deze tijd. Ze brak door met liedjes die ze schreef bij haar ouders thuis. In lockdown. En toen dit jaar haar EP Licht en Donker verscheen – met daarop zes nummers – kon ze amper optreden. Lockdown. Intussen werden haar liedjes miljoenen keren beluisterd op Spotify en won ze de 3FM Talent-award. Haar teksten barsten van het taalgevoel, en allemaal hebben ze een wat donkere ondertoon. Het timbre van haar generatie.

‘Generatie.’ Wat vind je van zo’n woord?

Glimlachend: „Het is wel evident dat ik van een andere generatie ben dan jij. En dat is juist leuk. Ik kan met jong en oud altijd wel overweg. En ja, ik sta midden in mijn generatie. En mijn generatie, Gen Z, is ook alweer een andere dan die van mijn manager, die dertig is.”

„Mijn manager en ik kunnen erg lachen met elkaar. Maar de humor is anders. Ik vind Gen Z-humor wat abstracter. Cynischer. Er hangt bij mijn generatiegenoten ook wel een soort we-gaan-toch-wel-dood-sfeer.”

„Ja… En we hebben het heel goed hoor hier in Nederland, maar…”

Heb je het gevoel dat je dat altijd erbij moet zeggen?

„Dat we het goed hebben? Ja. Want ik heb het heel goed. Maar wij zijn wel een generatie die veel op ons bord krijgt. De vergrijzing, de woningmarkt, het klimaatprobleem. Dus ja, dat.” Ze kijkt omhoog door het raam naar buiten, broedend op haar woorden. „Mijn generatie is een beetje bitter. Niet verbitterd, daar zijn we nog te jong voor. Maar wel bitter.”

Bitter is ook wel een lekkere smaak, toch?

Froukje knikt naar haar drankje op tafel. „Eigenlijk als een kopje koffie.”

Ze gedijt wel bij somberte. Terwijl de wereld stilstond, schoot zij omhoog. Het is haar karakter ook, „glas altijd half leeg”. En weet je wat het is? Ze heeft er vrede mee. Ze zoekt het zelfs bewust op. Negatieve gedachten omzetten in een liedje en daarna weer afstand ervan nemen. Dat is haar kracht. Ze vindt de woorden die horen bij somberte ook gewoon mooier, tekstueel. Maar als je haar vraagt hoe het gaat en ze zegt goed, „dan is dat echt geen leugen”.

Froukje Veenstra groeide op in Nieuwkoop in een warm, hecht gezin. Haar ouders werken allebei in het basisonderwijs en alles was altijd goed. Ze heeft een zus. En ze heeft muziek. Die is altijd om haar heen, zolang ze zich kan herinneren. Vader die in de woonkamer de gitaar pakt en begint – „dat vindt-ie ook prachtig” – en dan haar stem erbij. Soms vanachter de piano of op de cajón – een soort handtrommel. Stem van haar moeder erbij. Stem van haar zus.

Maar denk nou niet gelijk aan zo’n Sound of Music-gezin dat de hele dag met elkaar aan het zingen is. Het ontstaat soms, zomaar. „Op vakanties en zo.”

Samen muziek maken, wat voor gevoel geeft je dat?

„Het is een soort woordeloze verbinding die je met elkaar hebt. Je bent heel erg samen iets aan het doen. En dat ontstaat. En dat ontstijgt een soort ingewikkeldheid. Zoals op familieweekenden in Drenthe waar ik niet iedereen even goed ken. Dan is het fijn om muziek te maken. Iemand begint, tweede stemmetje… er ontstaat een gevoel dat we verbonden met elkaar zijn. Als familie, als mensen die op dat moment muziek met elkaar aan het maken zijn.”

Vergelijkbaar met samen een potje monopoly spelen?

„Nou nee. Want dan ben je dat nog steeds zélf aan het doen. Dit is zó samen. Je hebt elkaar zó nodig in de muziek, zeker als je meerstemmig zingt. Dat heb ik nu ook met mijn huisgenoten, allemaal zangeressen. Dan volg je heel erg wat de ander doet. Constant elkaar aanvoelen. Dat is heel erg samen met één doel. En dat is ook echt anders dan met z’n allen iets meeblèren in de kroeg. Dat is ook heel leuk en verbindend en maakt veel vrolijkheid los. Maar… die magie.” Een glimlach.

Hoe vaak bereik je die magie?

„Niet zo vaak. Ik heb nu zó veel muziek om me heen. En spelen in de studio is echt een andere tak van sport. Ik heb megaveel plezier met mijn band, maar als we gaan repeteren, heeft iedereen thuis de muziek toegestuurd gekregen en weet: dit gaan we doen, dit is mijn partij.”

Het magische gevoel behouden, dat is de kunst. Zeker nu haar leven steeds voller loopt. Net terug van een tour door België. Net weer een nieuwe EP op de plank. Nu weer een interview. Straks – ze kijkt op haar telefoon naar de tijd – zangles in IJsselstein. ’s Avonds met haar nieuwe vriend op de bank. In het weekend optreden. En tussendoor nog dat conservatorium in Rotterdam, waar ze al hartstikke achterloopt omdat ze aan de lessen maar niet toekomt. „Sinds anderhalve week heb ik de gedachte om te stoppen een beetje binnen gelaten.”

Haar leven is nu wel anders dan vorig jaar thuis in lockdown bij haar ouders. Daar was het alsof de tijd niet bestond. Opstaan, effe kijken wat ze gisteren geschreven had. Effe uurtje pielen, effe wat eten, effe naar buiten, weer beetje pielen, beetje lezen. Toen schreef ze elke week wel een liedje, nu alweer drie maanden niet. „Corona was echt supergoed voor mijn schrijven.”

Bij haar ouders schreef ze ook Groter dan ik, waarmee ze doorbrak. Een liedje over het klimaat.

„Dat liedje is…” Ze kijkt weer uit het raam. „Dat liedje is… Ik vind het nog steeds een heel tof liedje, en ik ben blij dat ik het geschreven heb. Ik heb er een boodschap mee willen overbrengen en heel veel mensen hebben dat als iets positiefs ervaren. Maar…”, ze klinkt haast verontschuldigend, „ik zou het nu niet meer uitbrengen.”

„Nu, twee jaar later, ben ik denk ik wat minder zoet. Wat minder feelgood. Toen ik dat liedje schreef, dacht ik echt dat het impact had. Net als dat je vroeger collecte ging lopen voor de ijsbeer, en dat je denkt dat die vijf euro die je ophaalt heel veel zin heeft. En als je ouder wordt… Ik denk dat ik nu gewoon iets harder geworden ben.”

Is zo’n thema als ‘het klimaat’ dan te groot?

„Ja. Ik weet eigenlijk helemaal niet zo goed of en hoe we dat op kunnen lossen. Terwijl toen ik het liedje schreef, ik dacht: nou, als we met z’n allen wat minder vlees eten, met z’n allen de handen ineenslaan. Dat liedje ging ook heel erg over ‘samen doen’. We gaan praten, vooral met elkaar/ Want de crisis is hier en Den Haag is nog daar. Maar daar kijk ik nu anders naar.”

„Daar geloof ik niet meer zo in. En ik wil dat soort thema’s nog steeds wel aansnijden in mijn muziek, maar dan vanuit mezelf: hoe ervaar ik als mens in deze maatschappij wat er om me heen gebeurt. Niet meer het hele probleem willen omvatten. En ik denk ook dat daar het raakvlak met mijn luisteraars zit.”

Je denken hierover is veranderd.

„Ja. Absoluut. Die wereldproblematiek, dat is zo complex. Je begrijpt er meer van als je ouder wordt, én minder. Dat heeft met volwassen worden te maken. Maar ook met corona. Ik heb nu gezien dat als de wereld voor een groot probleem staat, er niet zomaar een oplossing is. Er wordt gezocht, gefaald, uitgeprobeerd, en daarmee is ‘het systeem’, de mensen die de macht hebben, voor mij nu veel menselijker geworden. Beangstigend, want mensen maken fouten. Terwijl ik vóór corona altijd dacht: de ‘grote bazen’ zullen het wel weten. Net als dat ik vroeger dacht: mijn ouders hebben altijd gelijk.”

„Het is misschien ook iets van deze tijd. Ik hoef mijn Instagram maar te openen en allemaal mensen vinden wat. Heel goed al die meningen, over vaccinatieplicht en zo, maar daarmee is het ook een heel alledaags gesprek geworden. Ik denk soms: weet ík veel wat ik ergens van vind.

Na een blik uit het raam: „Mijn generatie is zich heel erg bewust van alles en raakt daardoor soms ook wat verdrukt. Ik ken zó veel mensen die stoppen met hun studie, omdat ze verdwalen in de mogelijkheden, omdat ze onzeker zijn over hun relevantie. En dan zijn er ook nog ‘de grote dingen’ die je elke dag op je bord krijgt. Dat is benauwend.”

Geluk, beseft Froukje, zit ’m in haar kleine leventje binnen het systeem. „Liedjes maken, daar ben ik al zowat mee getrouwd. Ik heb al toegezegd voor altijd samen te blijven. Dat vind ik heel geruststellend. Dat wát er ook gebeurt, ik altijd zoiets heb.” En ze wil graag nog een keer theater doen, een boek schijven, whatever. Ze wil nog heel veel doen. Maar ze maakt zich er niet druk om. „Ik ben nog gaandeweg.”

Zangles in IJsselstein. Froukje kijkt op haar telefoon en zegt: „Ik ga nu wel echt”.

We leven, zo goed en zo kwaad als het gaat. Maar wat maakt het de moeite waard? Niemand die het definitieve antwoord kan geven, maar menigeen heeft er ideeën of zelfs sterke gevoelens over. Daarnaar vragen we in deze serie kunstenaars, schilders, dichters, musici en wetenschappers.

Het laatste boekennieuws met onze recensies, de interessantste artikelen en interviews

Heeft u een tip over dit onderwerp, ziet u een spelfout of feitelijke onjuistheid? We stellen het zeer op prijs als u ons daarover een bericht stuurt. U kunt ons ook anoniem een tip geven.